Bijdrage van Philip Veerman aan de herdenkingsplechtigheid bij het Twentol-Monument op 4 mei 2024 te Deventer
Beste Deventernaaren,
Ik dank u voor de uitnodiging om hier te spreken bij dit Twentol-monument opgericht voor zeven jonge verzetsstrijders die, een half uur voor de bevrijding van Deventer op 10 april 1945, nog werden geëxecuteerd door de Duitsers.
Als zoon van een Joodse verzetsstrijder (Paul Veerman die actief was in de Dutch-Paris verzetsgroep) voel ik mij verwant met deze jonge verzetsstrijders. En als Jood (waarvan vele familieleden van zowel moeders als van vaders kant werden gedeporteerd naar de vernietigingskampen) voel ik mij geroepen om hier mijn erkentelijkheid uit te spreken aan een groep jongeren van de Koninklijke Landbouwschool. Zij staken eind april 1942 hun nek uit voor ons. Deze jongeren uit Deventer zijn het onderwerp van mijn bijdrage hier.
Opvallend is dat een paar van de jonge mensen die werden gefusilleerd in 1945 en bij wiens monument wij thans staan, ook op de Koninklijke Landbouwschool hebben gezeten.
Maar wat ik wil delen is niet zo bekend en speelt zich af in Deventer 4 mei 1942. Eind april 1942 werden door de Duitse bezetters de anti-Joodse maatregelen bekendgemaakt (zoals dat Joden een gele Jodenster moesten gaan dragen). Een groep jongeren van de Koninklijke Landbouw hadden het gevoel dat dit niet fair was en beschikten over een goed ethisch kompas. Veel openlijke protesten in Nederland waren er niet tegen deze anti-Joodse maatregelen (al was er natuurlijk de februari-staking in Amsterdam) en daarom is wat deze jongeren deden outstsanding.
Op de dag af 82 jaar geleden ging een groep jongeren van de Koninklijke landbouwschool van geel papier sterren knippen en schreven daarop ‘Protestant’ of ‘Rooms-Katholiek’. Zij spelden die op en gingen er mee rondlopen. Dat oprechte gevoel van injustice en onrechtvaardigheid bewoog ook de 17-jarige Frits Moquette uit Amsterdam in 1850 door het Jongelings Genootschap ter Afschaffing van Slavernij op te richten. Over Frits en zijn Jongelings genootschap is een kleine tentoonstelling in het Verzetsmuseum in Amsterdam ingericht. Zij namen echter niet zoveel risico als welke de jongeren van de Koninklijke Landbouwschool namen met hun spontane actie op 4 mei 1942. Hoeveel risico de jongeren liepen zal u blijken als ik u voorlees uit het dagrapport van de (Nederlandse!) politie uit Deventer die bewaard is in het gemeentearchief van Deventer. Hier is het dan:
Aan het eind van de middag wordt – en ik citeer – door “den Opper-Wachtmeester der Marechaussee” kennisgegeven, “dat leerlingen van de Koninklijke Landbouwschool bij het verlaten van die school, gelegen naast de Marechausseekazerne, een jodenteeken op de jas zouden dragen”. Ik vond het schokkend dat de politiecommissaris uit eigener beweging (dus niet op last van de Duitsers) alle op het bureau aanwezige rechercheurs en beschikbare agenten afzond op deze leerlingen om hen aan te houden, naar het Bureau te brengen en te verhoren. Pas dàn komen de Duitsers in actie. De heer Schäfer van de Sicherheidspolizei in Arnhem meldt zich dan en verordent dat de jongeren, als zij gearresteerd zijn en op het Bureau zijn aangekomen, daar moeten wachten tot hij hen ook kan verhoren. En een hoofdinspecteur-rechercheur pakt maar liefst acht jongeren op. En een rechercheur brengt weer zes jongeren op naar het Bureau om wat wordt genoemd “terzake dragen van de gele ster met diverse opschriften”. De Duitse Sicherheitspolizei brengt nog weer een leerling naar het Bureau. Men neemt deze spontane actie erg serieus, misschien wel uit angst dat dit overwaait naar andere scholen en het moest kennelijk meteen in de kiem gesmoord worden. Iemand die daaraan een bijdrage levert is Jhr Sandberg (een berucht NSB-er en op dat moment burgemeester was van Kampen). Hij werd door de bekende historicus Jacques Presser de “Deventerse stadsterrorist” genoemd omdat hij de actie leidde om het interieur van de Synagoge in Deventer te vernielen. Sandberg en nog een paar SS-maten brengen nog weer een paar leerlingen op “beschuldigd een gele ster gedragen te hebben”. Tenslotte hebben ze 21 leerlingen ingesloten en die werden hard aangepakt. Een deel van de groep werd nog die avond met een bus naar Kamp Amersfoort overgebracht. Ik ben begonnen uit te zoeken hoe het de betrokken leerlingen verder vergaan is, maar ik ben nog niet ver gevorderd.
Ik wijs erop dat er geen volwassenen achter de coulissen waren, maar dat deze groep slechts werd gestuurd door een gevoel van onrechtvaardigheid en dat wijst op hoog moreel functioneren van deze jongeren.
Jongeren van de Koninklijke Landbouwschool dank voor deze spontane actie: Chapeau!!
© Philip Veerman, Den Haag, 2024