Moedige Leerlingen

Eind april 1942 maakte de Duitse bezetter een nieuwe maatregel bekend. Voortaan moesten Joden, die zich in het openbaar vertoonden, een Jodenster dragen. In het boek De Ondergang van de Nederlandse historicus Dr. J. Presser over de vervolging en verdelging van het Nederlandse Jodendom in de periode 1940-1945 is te lezen hoe moedige leerlingen in Deventer hierop reageerden: “In Deventer tooiden zich de leerlingen van een aantal scholen met nagemaakte gele sterren met ‘Protestant’ of ‘R.K.’ erop; van de Koloniale Landbouw-school zonden de Duitsers drie-en-twintig leerlingen voor twee weken naar het kamp Amersfoort; de NSB-burgemeester van Kampen, voormalig ‘stadsterrorist’ van Deventer, was speciaal hiervoor overgekomen en overhandigde als afsluiting van zijn korte maar stevige activiteit een lijst van jongelui aan het Gewestelijk Arbeidsbureau met de boodschap, dat ze nooit meer voor een betrekking in Nederland in aanmerking mochten komen”.

Sinds een paar jaar ben ik niet alleen op zoek naar meer informatie over wat er destijds precies is gebeurd, maar heb ook een initiatief ontvouwd om jaarlijks een prijs in Deventer uit te reiken aan een jong iemand of een organisatie van of voor jongeren die zich ingezet voor mensenrechten, om zo de moedige leerlingen uit Deventer te eren en om de fakkel door te geven van opkomen voor de mensenrechten van anderen . Dit initiatief wordt thans verder uitgebouwd en ik hoop dat u daar in de toekomst (jaarlijks) meer over hoort.

Moed bekopen met het kamp

De vierde mei 1942
Om 6.30 uur neemt Hoofdagent Riebeek de wacht over op het politiebureau te Deventer. Die ochtend wordt er brood en koffie verstrekt aan arrestanten, rapporteren twee agenten dat ze de gemeentelijke aanplakborden gecontroleerd hebben “doch dat zij daarop geen communistische of anti-Duitsche pamfletten hebben aangetroffen” . Er worden twee krijgsgevangenen door de veldwachter overgebracht naar Arnhem en de wacht wordt vertder overgenomen door een andere agent en om 12.15 uur krijgen arrestanten op het bureau een warme maaltijd. Maar dan wordt “door den Opper-Wachtmeester van de Marechaussee kennis gegeven, dat leerlingen van de Koninklijke Landbouwschool, bij het verlaten van die school gelegen naast de Marechausseekazerne, een jondenteeken op de jas zouden dragen”. Schokkend is dat uit eigener beweging (en niet op last van de Duitse bezetter) maar wel “op last van den [ Nederlandse, PhV] Heer Commissaris van politie onmiddellijk alle aan het Bureau aanwezige rechercheurs en beschikbare agenten de straat werden opgezonden om deze jongens aan te houden en naar het Bureau te brengen om daarna te worden verhoord”. Pas dán komen de kennelijk nu gealarmeerde Duitsers in actie: “Even later geeft de heer Schäfer van de Sicherheitspolizei in Arnhem kennis, dat de betrokken jongelui, in afwachting van zijn komst aan het Bureau moeten blijven”. En inderdaad kort daarop keren de dienders terug met hun prooi en sluiten de jongelui op. Een hoofdinspecteur-rechercheur heeft maar liefst acht leerlingen opgepakt, een rechercheur brengt weer zes leerlingen op “terzake dragen van de gele ster met diverse opschriften”. De Sicherheitspolizei brengt ook nog een leerling op naar het Bureau. Erg actief is Jhr. Sandberg een voormalige leraar van de Koninklijke Landbouwschool die al voor 1940 lid van de NSB was en die ook in uniform voor de klas heeft gestaan. Een voormalige leraar van de school (de heer Harmsen , die echter in november 1945 bij de school kwam werken, maar de verhalen wel hoorde uit de oorlog) vertelde dat Sandberg voor de klas de Hitlergroet bracht. De historicus Presser noemde Sandberg (zoals in het begin van dit artikel reeds geciteerd) “de stadsterrorist”. Deze benaming dankt hij aan het feit dat hij het voortouw nam bij de vernieling van het interieur van de Synagoge in Deventer. In mei 1942 was Jhr. Sandberg burgemeester van Kampen en was speciaal overgekomen uit Kampen naar Deventer om eigenhandig deze activiteit de kop in te drukken (hij kende mogelijk ook veel van die leerlingen nog). Ik denk men bang was dat deze actie zou overwaaiden naar andere delen van Nederland en dit heel snel het de kop wilden indrukken. Naast de NSB-er Sandberg brengen ook ene “heer Gellaart en twee SS-maats” nog weer verschillende leerlingen op “beschuldigd een gele ster te hebben gedragen”. Een leerling die men wilde aanhouden ontsnapt. In het vorige gedenkboek van de school is te lezen dat toen de torenklok sloeg een van de leerlingen (Holzheimer) opeens riep “O nu moet ik snel naar huis om te eten!” en voegde de daad bij het woord en rende weg, zijn verbouwereerde begeleider achterlatend. Ondertussen gaat bij de politie in Deventer het andere werk gewoon door. Zo lezen we in het dagrapport dat iemand bekeurd wordt omdat zijn rijwiel niet op slot stond. Maar de 21 gearresteerde leerlingen die op het bureau ingesloten waren werden erg hard aangepakt. Zij werden die avond nog met een autobus overgebracht [het kamp] Amersfoort . Helaas is geen informatie beschikbaar (in de archieven van kamp Amersfoort, beheerd door oorlogsnazorg van het Rode Kruis te Den Haag). Onlangs kreeg ik daarover bericht van het Rode Kruis . Met twee familieleden van ex-leerlingen (een zoon en een vrouw) heb ik gesproken en die hebben bevestigd dat respectievelijk vader en man in Kamp Amersfoort was. Mijn hoop op meer informatie is gevestigd dat iemand die dit boek leest mij daarover nog informatie kan verstrekken. Naar ik aanneem is niemand van de leerlingen die moedig de sterren op hun kleding hebben gespeld nog in leven. Dus ik moet het hebben van kinderen, familieleden en vrienden die meegekregen hebben wat er is gebeurd.

Hoe mensen reageren in crisis en onder emotionele druk

De Amerikaanse psychiater Robert Coles schreef over zwarte Amerikaanse kinderen die zich in de tijd (de zestiger jaren van de vorige eeuw) van de de-segregatie (de tijd dat er gemengde scholen kwamen en niet alleen witte of zwarte scholen) zich enorm moedig hebben gedragen. Coles: “and modern history has no precedent for children directly involving themselves in an attempt to change the social and political structure of the adult” . De leerlingen van de Koninklijke Landbouwschool waren wel niet zo jong als de basisschool leerlingen en jonge adolescenten die Coles bestudeerde in het Zuiden van de Verenigde Staten, maar het waren adolescenten en jong-volwassenen. De situatie was er een van bezetting. De Duitsers, de NSB-er Jhr. Sandberg en collaborerende politieagenten dachten wellicht dat volwassenen de jongeren opgehitst hadden en hadden paranoïde gedachten dat zich dit als een olievlek zou kunnen verspreiden en wilden het meteen hard de kop indrukken. Maar er waren geen volwassenen achter de coulisen, die de leerlingen in Deventer hebben aangezet. Het was een spontane actie, geboren uit een gevoel van onrechtvaardige behandeling van Joodse medeburgers. Een vreedzaam protest, onder die omstandigheden, vereist veel moed en je uitspreken tegen discriminatie, antisemitisme en onderdrukking verdient een ere-plaats in de geschiedenisboeken. De leerlingen (die veelal naar Indië wilden) die de Koninklijke landbouwschool bezochten werden mij wel omschreven als “vrijgevochten”, met een duidelijke eigen mening en ideeën over hun toekomst. Ik denk dat hun actie om z’n vreedzaam protest te ontvouwen getuigt van een hoog moreel functioneren. Als we thans op school met jongeren de Tweede Wereldoorlog behandelen is deze reactie van scholieren belangrijk om ook de revue te laten passeren. Mijns inziens dient verder ieder jaar (bij een prijsuitreiking in Deventer) dit verhaal steeds maar weer verteld te worden.

Lees het artikel uit de Stentor (pdf, 800kb)

Lees dit stuk als pdf (met afbeeldingen) (600kb)

 

NIW